Inloggen
Winkelwagen (0)
Zoeken
NL
EN
Het Nieuwe Instituut
Menu
Sluit
Home
Ontdek een thema
Zoeken in de collectie
Over het zoekportaal
Over de collectie
Architectuur Dichterbij
Website Het Nieuwe Instituut - Collectie
Research Centre
Instagram Collectie
Collectie Nieuwsbrief
Zoeken door
Alle databases
Archieven
Publicaties
Personen
Projecten
Objecten
in
Resultaten
Terug
Terug
Terug naar resultaat
Volgende
Volgende
Westerman, Arend Jan
Naam :
Westerman, Arend Jan
Naam type :
persoon, architect
Beschrijving :
A.J. Westerman (1884-1966) Arend Jan Westerman werd op 6 december 1884 geboren in Dalfsen. In 1910 volgde hij lessen aan de industrieschool in Zwolle, waar hij datzelfde jaar zijn diploma behaalde. Vervolgens werkte Westerman een jaar op het architectenbureau van G.A. Beltman te Enschede. In 1914 kwam hij te werken als bouwkundig ambtenaar bij de Dienst Publieke Werken te Amsterdam, alwaar hij in 1919 werd bevorderd tot adjunct-architect bij de Afdeeling Gebouwen. Men verleende hem eervol ontslag op 1 november 1921, maar hij werd nog een jaar voor halve dagen aangehouden om bepaalde werken af te maken en om esthetische adviezen aan andere architecten te geven. Vervolgens bouwde hij voornamelijk woningbouwcomplexen, waarvan het meerendeel, zoniet alles, in Amsterdam of Den Haag staat. A.J. Westerman had geen vaste compagnon, maar werkte regelmatig met andere architecten samen, zoals J. Brouwer, P.J.J.M. Cuypers, J. Jerphanion, H.L. de Jong, J.H. Mulder, J. Dunnebier, Ph. van Niftrik, Tubergen, A. Resink, W.Th.H. ten Bosch, Le Grand, L. Peters en G.A.M. Loogman. A.J. Westerman was van 1916 tot en met 1933 lid van het genootschap Architectura et Amicitia. A.J. Westerman nam zelf nauwelijks deel aan enige architectuurdiscussie. Men kan stellen, dat hij geen theoreticus was, maar bovenal een praktisch ingesteld persoon. Zijn opleiding doet vermoeden, dat er nauwelijks sprake is van enige theoretische kennis. Het enige, voor zover bekende, gepubliceerde artikel van zijn hand dat niet over een van zijn eigen werk gaat, staat in het Bouwkundig Weekblad van 9 juni 1923. Dit artikel is echter niets anders dan een klacht tegen de werkwijze van de Amsterdamse schoonheidscommissie. Aan zijn werk werd door vakgenoten gelukkig regelmatig aandacht besteed, vooral datgene wat gebouwd werd in opdracht van Publieke Werken. Het bemalingsgebouw aan de Amsteldijk (1919), het badhuis aan de Andreas Bonnstraat (1921), dat gebasseerd is op een proportieschema, de vierde Ambachts-school aan de Postjesweg (1922) en de HBS en de Handelsschool aan de Jozef Israëlskade (1923) zijn alle uitvoerig besproken en afgebeeld in de diverse architectuurtijdschriften, voornamelijk in Wendingen en het Bouwkundig Weekblad. Al deze gebouwen, die qua stijl nauw verwant waren aan de Amsterdamse School, werden geroemd om hun aestetische kwaliteit. Ook zijn inzendingen voor diverse prijsvragen, waaronder die voor een watertoren en arbeiderswoningen, worden over het algemeen goed ontvangen en regelmatig beloond. Veel van het werk dat hij ontwierp na zijn tijd bij Publieke Werken werd in de diverse architectuurtijdschriften besproken door een aantal bekende en minder bekend architecten, zoals bijvoorbeeld A. Boeken (1891-1951), A.R. Hulshoff, J.M. van Hardeveld, ir. M.E.H. Tjaden, J.C. Bolten en prof. ir. J.G. Wattjes. Daarnaast komt zijn werk regelmatig voor in de standaardwerken uit de jaren twintig en dertig, waaronder de boeken van Wattjes en de serie Moderne Bouwkunst in Nederland. Na circa 1926 wordt er, een enkele uitzondering daargelaten, weinig tot niets over zijn werk gepubliceerd. Het is pas de laatste jaren dat zijn naam steeds vaker opduikt, mede door grootscheepse inventarisatie-projecten, zoals het architectuuronderzoek Bos en Lommer en het proefschrift van F. Fraenkel over Amsterdam-Zuid. Zijn oeuvre blijkt achteraf groter te zijn dan men tot nu toe altijd had gedacht. Het werk van A.J. Westerman betrof, zoals gezegd, in eerste instantie voornamelijk openbare werken. Deze waren, zoals het bij de Afdeeling Gebouwen van de Dienst Publieke Werken in de jaren 1910-1920 gebruikelijk was, allen gebouwd in een stijl, die nauw verwandt was met de zogenaamde Amsterdamse School, een expressionistische stijl met een fantasierijke vormentaal en vaak gebruik makend van gebeeldhouwde of in siersmeedwerk uitgevoerde ornamenten. Dit laatste gold vooral voor de hierboven genoemde schoolgebouwen, waarop veel beeldhouwwerk van de Amsterdamse beeldhouwer Hildo Krop voorkomt, die in die jaren ook in dienst was van Publieke Werken. Na zijn eervol ontslag in 1921, bouwt A.J. Westerman voornamelijk woningen en wel voor particuliere ondernemers, zelden voor woningbouwverenigingen. Zijn vormentaal wordt, net als andere 'leden' van de Amsterdamse School, steeds strakker en eenvoudiger. Tot circa 1938 bouwt hij enkele honderden woningen, allen in blokbouw, in Amsterdam-West en -Zuid, om vervolgens in twee jaar tijd en in een noch eenvoudigder stijl zo'n 200 etagewoningen in Bos en Lommer neer te zetten. Al zijn werk, enkele uitzonderingen daargelaten, kenmerken zich echter door de platte daken en een bijzondere manier van roedeverdelingen in de raampartijen. Vernieuwend is het werk van A.J. Westerman niet te noemen. Zijn gebouwen zijn voornamelijk van baksteen, de vormentaal is zoals die van veel van zijn medearchitecten. Tot zijn bekenste werken uit deze periode behoren, behalve de al eerder genoemde gebouwen, de 288 woningen aan beide zijden van de Witte de Withstraat (1922-1927), de woningen aan de Van Spilbergenstraat (1927), de villa's aan de Apollolaan (1926) en het 'Krugerhof' aan de Maritzstraat, Tugelaweg en de Chr. de Wetstraat (1929) allen te Amsterdam. Het laatst genoemde project is mijn inziens het meest revolutionair, alhoewel nooit nagevolgd. Het betreft hier een woningblok met een binnenterrein, waarin een parkje met een speelplaats en een zeer opmerkelijk trapportaal, waarin twee trappen als een soort DNA-structuur om elkaar heen draaien. Na de oorlog is Westerman echter weinig productief. Zijn werk bestaat voornamelijk uit het bouwen en verbouwen van enige kantoorpanden in Amsterdam. De bekenste hiervan is wel het kantoor van de Belgische Assurantiemaatschappij 'A.G.van 1830' aan het Klein Gartmanplantsoen te Amsterdam. Op zijn overlijden in 1966 wordt door de media nauwelijks acht geslagen. Michiel Kruidenier, Amsterdam, april 1994 Opleiding: Industrieschool Zwolle/1910 Nevenactiviteiten: Genootschap Architectura et Amicitia/lid/1916-1933
Geboren :
Dalfsen, 1884-12-06
Overleden :
Amsterdam, 1966-10-12
Nationaliteit :
Nederlands (nationaliteit/cultuur)
Beroep/Werkveld :
architecten
Geslacht :
man
Fullscreen
Verstuur
sluiten
Gerelateerde items
Archieven
Objecten
Publicaties
Personen
Projecten
×